Replicatie

Op deze pagina kunnen systeembeheerders een replicaties beheren. U kunt replicatietaken maken, bewerken en verwijderen. U kunt de synchronisatie ook starten/stoppen en informatie van uw replicatietaken bekijken.

Gedeelde map

Een replicatietaak voor een gedeelde map maken:

  1. ga naar tabblad Gedeelde map.
  2. Klik op Maken.
  3. De Replicatietaak maken-wizard verschijnt. Volg de instructies van de wizard om een gedeelde-mapreplicatie te maken.

Opmerking:

Een gedeelde-mapreplicatie verwijderen:

  1. selecteer de gedeelde-mapreplicatietaak die u wilt verwijderen.
  2. Klik op Verwijderen.
  3. U krijgt een bevestigingsmelding. Klik op Verwijderen om het verwijderen te bevestigen.

Een gedeelde-mapreplicatie bewerken:

  1. selecteer de gedeelde-mapreplicatietaak die u wilt bewerken.
  2. Klik op Bewerken.
  3. Er verschijnt een venster met de volgende tabbladen:
  4. In het tabblad Partnerserver kunt u partnerserverinformatie zoals hostnaam, poort, gebruikersnaam en wachtwoord bewerken.
  5. Schakel in het tablad Schema het selectievakje Snapshotplanning inschakelen in en stel het tijdstip en frequentie van snapshots in. U kunt het selectievakje uitschakelen om de geplande snapshots van de gedeelde map te annuleren.
  6. In tabblad Bewaren kunt u de volgende opties selecteren:
  7. Klik op OK om de nieuwe instellingen toe te passen.

Opmerking:

De informatie van een gedeelde-mapreplicatie bekijken:

  1. selecteer de gedeelde-mapreplicatietaak die u wilt bekijken.
  2. Klik op Info.
  3. Er verschijnt een venster met de volgende informatie:

De synchronisatie van een gedeelde-mapreplicatie uitvoeren:

  1. selecteer de gedeelde-mapreplicatie die u wilt synchroniseren.
  2. Klik op Uitvoeren.
  3. Voer de beschrijving in voor de te nemen snapshot.
  4. Klik op OK om de actie te bevestigen.

De synchronisatie van een gedeelde-mapreplicatie stoppen:

  1. selecteer de synchronisatie van de gedeelde-mapreplicatie die u wilt stoppen.
  2. Klik Stoppen.
  3. U krijgt een bevestigingsmelding. Klik op Stoppen om de actie te bevestigen.

iSCSI LUN

Een replicatietaak voor een iSCSI LUN maken:

  1. ga naar tabblad iSCSI LUN.
  2. Klik op Maken.
  3. De Replicatietaak maken-wizard verschijnt. Volg de instructies van de wizard om een iSCSI LUN te maken.

Opmerking:

Een iSCSI LUN-replicatie verwijderen:

  1. selecteer de iSCSI LUN-replicatietaak die u wilt verwijderen.
  2. Klik op Verwijderen.
  3. U krijgt een bevestigingsmelding. Klik op Verwijderen om de actie te bevestigen.

Een iSCSI LUN-replicatie bewerken:

  1. selecteer de iSCSI LUN-replicatietaak die u wilt bewerken.
  2. Klik op Bewerken.
  3. Er verschijnt een venster met de volgende tabbladen:
  4. In het tabblad Partnerserver kunt u partnerserverinformatie zoals hostnaam, poort, gebruikersnaam en wachtwoord bewerken.
  5. Schakel in het tablad Schema het selectievakje Snapshotplanning inschakelen in en stel het tijdstip en frequentie van snapshots in. U kunt het selectievakje uitschakelen om de geplande snapshots van de iSCSI LUN te annuleren.
  6. In tabblad Bewaren kunt u de volgende opties selecteren:
  7. In tabblad Toepassing schakel het selectievakje Toepassingsconsistente snapshots inschakelen in om toepassingsconsistente snapshots in te schakelen. Schakel het selectievakje uit om toepassingsconsistente snapshots te annuleren.
  8. Klik op OK om de nieuwe instellingen toe te passen.

Opmerking:

De informatie van een iSCSI LUN-replicatie bekijken:

  1. selecteer de iSCSI LUN-replicatietaak die u wilt bekijken.
  2. Klik op Info.
  3. Er verschijnt een venster met de volgende informatie:

De synchronisatie van een iSCSI LUN-replicatie uitvoeren:

  1. selecteer de iSCSI LUN-replicatietaak die u wilt synchroniseren.
  2. Klik op Uitvoeren.
  3. Voer de beschrijving in voor de te nemen snapshot.
  4. Klik op OK om de actie te bevestigen.

De synchronisatie van een iSCSI LUN-replicatie stoppen:

  1. selecteer de iSCSI LUN-replicatietaak die u wilt stoppen.
  2. Klik Stoppen.
  3. U krijgt een bevestigingsmelding. Klik op Stoppen om de actie te bevestigen.

Een-te-veel/uitgebreide replicatie

U kunt meerdere replicaties van een gedeelde map/iSCSI LUN naar meerdere doelservers maken, waardoor een een-te-veel schema wordt gevormd. U kunt ook een uitgebreide replicatie voor een gerepliceerde gedeelde map//iSCSI LUN maken, waardoor een uitgebreid schema wordt gevormd.

Opmerking:

Bewaarbeleid

Deze optie biedt een ideale oplossing voor de opgave van het maximum aantal snapshotversies per volume, maar het kan nodig zijn dat u uw snapshots langer moet bewaren.

Synology gebruikt GFS, ofwel het bewaarbeleid Grandfather-Father-Son. U kunt het maximum aantal te bewaren snapshotversies configureren voor de volgende tijdbereiken: uurlijks, dagelijks, wekelijks, maandelijks en jaarlijks.

Data Protection Manager zal voor elk tijdbereik het geconfigureerde maximum aantal snapshots bewaren. Bestaat er meer dan een snapshotversie binnen een tijdbereik, dan wordt de nieuwste versie bewaard. Als u bijvoorbeeld 10 als beleid voor wekelijkse snapshot(s) opgeeft, zal Data Protection Manager de nieuwste snapshot bewaren (indien er meer dan een snapshot wordt gemaakt per week) van elk tijdvak van 10 weken.

Bovendien wordt standaard de nieuwste snapshot van alle snapshotversies binnen het tijdbereik van een uur bewaard, zodat u gemakkelijk de meest recente snapshotversies kunt vinden en terugzetten. U kunt een snapshot ook vergrendelen om te voorkomen dat deze door uw bewaarregels automatisch wordt verwijderd.